Het is maar een gek ding, dat geheugen van mij. Soms kan ik je feilloos vertellen wat ik precies gedaan heb op een dag in een grijs verleden – over het algemeen als het iets met bijzonder eten te maken heeft – en een andere keer kan ik je aankijken als het over iets van een week geleden gaat en denken ‘heb ik dat gezegd?’ of ‘is dat echt gebeurd?’ Ik heb lang gedacht dat het vast zou betekenen dat ik later Alzheimer krijg. Nu denk ik dat ik gewoon een selectief geheugen heb. Er zijn namelijk genoeg dingen die ik wel lang onthoud. Maar nu ik bezig ben met het boek merk ik dat het best lastig is, dat selectieve geheugen.
Toen ik deze site begon, ging ik er vanuit dat mijn boek in een jaar geschreven zou zijn. De vorm wist ik al: een scrapbook. Met een combinatie van dagboekfragmenten, blogs (die had ik immers al) en tips – over Oostenrijk, over in het buitenland wonen in het algemeen en misschien ook wat recepten. Een mooie mix, liefst ook nog mooi vormgegeven. Het liep een beetje anders – want in 2014, het jaar dat dit moest gebeuren, verhuisden we terug naar Nederland. En daar ging het ‘gewone’ leven weer zijn gang – meer vrienden, meer werk, wennen aan een nieuwe stad. Het boek bleef wel in mijn gedachten rondspoken, maar ik dacht dat ik er de rust en de tijd niet voor had. Nu ik weet dat ik genoeg tijd kan maken om een marathon te plannen, denk ik dat ‘geen tijd’ vooral een excuus is. En dus ben ik maar gewoon ergens begonnen.
Dat moet ook wel. Want langzaam maar zeker begint mijn geheugen de tijd in Oostenrijk (en Duitsland – maar het boek zou vooral gaan over Oostenrijk) te kleuren. Ik denk vaker aan de leuke en mooie dingen daar, de lastige periodes en mijn gevoel van onbehagen en eenzaamheid begint te verdwijnen. Wat op zich prima is – maar als ik een eerlijk verhaal wil schrijven, dan is dat helemaal niet goed. Na het project Marathon begon het ook weer te kriebelen, dat boek. Het moet eruit. De gedachtes, de gevoelens, het gevoel dat ik het op wil schrijven – voor jullie, maar vooral ook voor mezelf. Zodat ik op mijn 80e in de aanleunwoning kan zeggen ‘Hoe zat het ook weer? O ja, ik heb het opgeschreven – wacht, ik zoek het even op.’ Als ik mezelf kan motiveren om een half jaar lang te trainen, dan moet ik mezelf toch ook kunnen motiveren om te gaan zitten en te schrijven – iets dat ik nog graag doe ook.
En dus was er twee weken terug ineens een eerste stukje. Mijn zus schreef al meteen dat ik toch echt regelmatig heen en weer reed – dat klopt, maar vooraf had ik dat nooit verwacht, dat ik dat ooit zou gaan doen en het nog leuk zou vinden ook. Of ik het leuk vond vanwege het rijden, of vanwege de bestemming (Nederland), tsja dat zal nog wel blijken uit de verhalen. Maar in dat allereerste begin, toen ik de bergen van Innsbruck nog nooit had gezien en ik nauwelijks wist hoe kummel smaakte, toen dacht ik dus ‘800 kilometer in je eentje rijden? Petje af.’
Ik probeer dus te graven in mijn geheugen, te achterhalen wat ik ooit dacht en dat is nog niet zo makkelijk. Gelukkig heb ik mijn eega – die een enorm goed geheugen heeft. En dus vertelde hij me wanneer het ook weer was, die sollicitatie in Innsbruck. Maart 2010 dus. Gek genoeg wist ik dan wel weer precies hoe de dag verliep dat we hoorden dat hij ook inderdaad was aangenomen. Maar op welke datum dat precies was…
Nadat het stukje online kwam, vertelde hij me ook dat hij sommige dingen heel anders heeft beleefd. Dat weet ik natuurlijk wel – ook al vergeet ik het soms ook weer. En dat wil ik hier ook nog wel even uitschrijven. Wat je hier leest, zijn mijn gevoelens, herinneringen en ervaringen. Het is allemaal hoe ik het beleefd heb, misschien ook hoe ik het inmiddels deels voor mezelf ingekleurd heb. Misschien ken je hem ook en denk je ‘nou, dat heb ik altijd heel anders begrepen!’ Dat kan dus – twee mensen vertellen twee verschillende verhalen, ook als ze hetzelfde beleefd hebben. Het is overigens ook de reden dat ik hem wat anoniem bij de titel ‘eega’ noem.
En nu? Nu ga ik gewoon door met stukjes schrijven. Ik weet nog niet of ik ze allemaal op het blog zet. Ik denk het niet – want als dat boek er ooit komt, dan moet er nog wel wat nieuws instaan natuurlijk. Maar misschien ook wel – want wie weet vind ik alleen een blog ook wel prima. U gaat het meemaken – mits u natuurlijk deze site blijft volgen.
O enne, iemand dacht dat wij nu onze spullen (opnieuw?) gingen pakken – nee hoor. Het heeft er alle schijn van dat we in Nederland blijven plakken. Maar: ik probeer om nooit meer nooit te zeggen! Want je weet maar nooit.
Hoi Astrid, soms wilde ik dat ik een extra zeef in mijn geheugen had. Bij mij stroomt het er weleens net zo hard in als eruit. Stel mij weleens de vraag ‘hoe kan dat nou?’ Maar goed daar ga ik nu niet bij stil staan.
Wat ik eigenlijk wilde zeggen is, dat jij volgens mij heel makkelijk een boek kunt schrijven. Als je mensen kunt boeien met je blogs, dan zal een boek zeker ook aanspreken. Alleen is dan de vraag voor wie ga je het boek schrijven, voor welk publiek?
Je blogs zou ik zeker houden. Ik houd er niet van een heel boek te lezen. Zo´n blog zoals je nu schrijft vind ik echt leuk. Ook de manier van schrijven. Je neemt de mensen echt wel mee in je verhaal. Dat is wel je sterke kant.
Ben benieuwd naar je volgende stukje schrijven.
Groetjes Joram