Nog 4 weken…

En dan heb ik als alles volgens planning en verwachting gaat nu die felbegeerde medaille in handen! Nog een lange duurloop te gaan – de 35km volgende week – en dan is het afbouwen, uitrusten en hopen dat het mooi weer wordt op 9 april.

Het gekke is dat nu al het gevoel begint te kriebelen van ‘wat nou daarna?’ Er zijn weken geweest dat ik dacht ‘eens, maar nooit meer!’ en ja – dat dus al voor het daadwerkelijke lopen van die 42+ KM. Mijn wijze eega zei al ‘zeg nooit nooit’ en tsja, nu zie ik al wel waarom. Want het idee dat nu de lente aanbreekt de echt lange duurlopen bijna voorbij zijn, dat is best een gek idee. Wordt het eindelijk mooi weer, ga ik niet meer op pad richting Den Haag of Dordrecht. En pas dacht ik ‘goh, Leiden ligt eigenlijk ook binnen de mogelijkheden.’ Voor zij die het nog niet wisten: ik vind het dus erg leuk om ergens heen te lopen en dan met de trein terug te gaan. Leuker dan een rondje lopen – waarom weet ik ook niet precies.

Vorig weekend liep ik op zondag ‘maar’ 12 km. Ineens dacht ik ‘wat ga ik dan met die vrije tijd doen?’ Want de voorbereiding dwong me om wat meer rust in te bouwen in de weekenden, keuzes te maken. Dat is soms lastig – maar stiekem is het ook wel fijn. En bij vlagen had ik echt een runners high – bijvoorbeeld tijdens mijn 30km loop, toen ik langs de SS Rotterdam liep met Anouk kei hard in mijn oren. Soms moet ik echt meezingen en op die momenten denk ik ‘wie maakt mij wat?’

Iemand die staat te juichen langs de weg, ook altijd een fijn moment! En vaak ook een leuke foto 🙂

Door de week lopen, dat was wat lastiger bij tijden – zeker omdat ik echt een hekel heb aan in het donker lopen. In de ochtend kon ik niet meteen uit bed in mijn hardloopkloffie stappen voor een 5km en na een dag in Den Bosch op kantoor was het ook al donker. Heel af en toe deed ik het – met wisselend succes – , soms week ik uit naar  de loopband – zonder plezier. Dat blijf ik toch echt saai vinden.  Maar ook dat lost zich nu op, nu de dagen lengen. Maar ga ik wel drie keer per week lopen, als er geen groot doel is?

Maar iets meer vrijheid in wat ik wanneer loop is toch ook wel fijn. Zo zit ik nu te wachten op de start van de CPC (City Pear City); volgens veel mensen de voorjaarsklassieker, de start van het seizoen. Vorig jaar liep ik er de 10km en zei ik: ‘NOOIT MEER!’ Veel te druk, ik kon niet mijn eigen tempo lopen en de route, mwah. Maar ja. Ik moet ook leren mijn eigen tempo te lopen in een meute. En daarom ga ik zo toch. Kijken of ik mijn tempo kan lopen in een grote groep – met misschien een versnelling de laatste 5km. Niet gaan voor een PR – ook dat is een gek gevoel. De start is pas om 14.30 – als ik gewoon mijn rondje in Rotterdam had gelopen was ik nu al lang onderweg en aan het genieten van het mooie weer. Geen gedachtes over ’trek ik wat langs aan? Want het is toch zeker een half uur stil staan. Maar daarna heb ik het warm, wat doe ik dan met mijn shirt / jasje?’

Maar ja – geen wedstrijd in het vooruitzicht kan ook wel zorgen voor verslappen, niet meer lopen dus. Veel sneller worden – eigenlijk vind ik dat niet zo belangrijk. Ik geniet meer van een 20km loop op een langzamere pace, dan van een 5km loopje – ook al gaat dat nu wat sneller dan een tijd geleden.

Dit alles raast nu door mijn hoofd – terwijl ik natuurlijk nog wel ‘even’ die 42,195 kilometer moet lopen. Want er kan nog van alles gebeuren in 4 weken. Laat ik dat maar afkloppen… En meteen even de prangende vraag stellen: wie komt me door de laatste kilometers heen sleuren op 9 april? Het zou enorm fijn zijn als er vanaf kilometer 26 met enige regelmaat een aanmoediging klinkt.

 

Terwijl dit stuk verschijnt, is de CPC voorbij. NU ECHT NOOIT MEER! Te druk – een paar keer zo druk dat ik moest inhouden. Het stuk bij Scheveningen is prachtig – maar voor de rest blijft het mwah. En de pace? 6.43 – net te snel, maar ik ben wel tevreden 🙂

1 Reactie

  1. Karen

    Wow de marathon!!!! Heel veel succes over 4 weken!!!!

    Antwoord

Geef een reactie